Inleiding
Uw zoon heeft een aangeboren afwijking aan de penis, ook wel hypospadie genoemd. De operatie aan deze afwijking zal in het Medisch Centrum Leeuwarden (MCL) plaatsvinden. Het gesprek over de ingreep kan echter in Nij Smellinghe gebeuren. In deze folder leest u over de aanleiding van de operatie, de voorbereiding van u en uw kind en de tijd erna. Heeft u na het lezen van deze brochure nog vragen, stelt u deze dan gerust aan de arts of verpleging.
Hypospadie
Hypospadie is een aangeboren afwijking die bij ongeveer één op de driehonderd jongens voorkomt. Bij een hypospadie eindigt de plasbuis op een afwijkende plaats op de penis, bijvoorbeeld aan de boven- of onderkant van de penis. Als hypospadie niet wordt behandeld kan de penis krom gaan staan tijdens een erectie. Ook geeft hypospadie later problemen bij het plassen (alleen zittend kunnen plassen).
Hypospadie kan goed verholpen worden door een operatie op jonge leeftijd, zo rond het eerste levensjaar. Om psychologische redenen wordt de operatie zo vroeg mogelijk gedaan, op die manier herinnert uw zoon zich later weinig van de opname en de ingreep.
Voorbereiding
U gaat met uw zoon naar het spreekuur van de anesthesioloog (het Preoperatief Anesthesiologisch Spreekuur of PAS). Tijdens dit spreekuur beoordeelt de anesthesioloog welke narcose het beste bij uw zoon past en vertelt welke voorbereiding nodig is, onder andere de nuchterheidsregels.
Eventueel krijgt uw zoon nog een afspraak bij de kinderarts, als de plastisch chirurg dit nodig vindt, in verband met eventuele overige aandoeningen van uw kind.
Opname
Voor deze ingreep is het noodzakelijk dat uw zoon nuchter is. Dit betekent dat hij vanaf een bepaald tijdstip niet meer mag eten en drinken. De anesthesioloog geeft u hierover apart informatie tijdens het anesthesiologisch spreekuur.
De dag van de operatie wordt uw zoon opgenomen op de kinderafdeling. U meldt zich met uw zoon op de afgesproken tijd bij de balie van de kinderafdeling. Daar heeft de verpleegkundige een kennismakingsgesprek met u. Zij/hij laat u de afdeling zien. Verder wordt de gang van zaken besproken gedurende de opname en ontvangt u de informatiebrochure van de afdeling. Op deze dag bereidt een pedagogisch medewerker van de afdeling u en uw zoon voor op de operatie. Hij wordt afhankelijk van zijn ontwikkelingsniveau voorbereid. U zelf hebt in ieder geval de mogelijkheid om een fotovoorbereidingsboek over de dag van de operatie te bekijken. Hierin komt onder andere de anesthesie (narcose) aan de orde. Zo kunt u uw zoon zo goed mogelijk begeleiden zodat eventuele angst voor het onbekende geen kans krijgt of vermindert.
De operatie
De uitgebreidheid van de operatie wordt bepaald door de plaats van de plasopening en of er tijdens een erectie een verkromming van de penis plaatsvindt.
Tijdens de operatie wordt gecontroleerd of de penis bij een erectie recht staat. Is dat niet het geval, dan wordt eerst de verkromming opgeheven. Daarna wordt de plasbuis hersteld zodat de opening zoveel mogelijk op de normale plaats komt te liggen. De plastisch chirurg streeft ernaar de plasopening naar de punt van de penis te verplaatsen.
Bij een hypospadie waarbij de opening van de plasbuis niet op de eikel zit, moet de plasbuis verlengd worden. Hiervoor wordt dan een deel van de voorhuid gebruikt. Als de voorhuid niet meer aanwezig is, kan hiervoor slijmvlies uit de blaas of mond worden gebruikt. In een aantal gevallen is het mogelijk de voorhuid volledig te reconstrueren. De plastisch chirurg overlegt dit van tevoren met u.
Omdat de nieuwe plasbuis waterdicht moet genezen, wordt via de plasbuis een katheter (slangetje) in de blaas gebracht. Bij sommige zeer uitgebreide reconstructies wordt de katheter via de buik (vlak boven het schaambeen) in de blaas geplaatst. De katheter zorgt voor de afvoer van urine tijdens het genezingsproces. Na de operatie wordt de penis verbonden met een speciaal verband. Dit verband wordt drie tot zeven dagen na de operatie verwijderd. Dit is niet echt pijnlijk maar wel gevoelig.
Na de operatie
Als de operatie klaar is, wordt uw zoon naar de verkoeverkamer gebracht voor de eerste opvang. Hier zijn altijd één of meerdere verpleegkundigen aanwezig die nog een poosje op uw zoon passen. U wordt na de operatie zo snel mogelijk naar de verkoeverkamer gebracht om bij uw zoon te zijn. Als uw zoon goed wakker is, brengt de verpleegkundige jullie terug naar de kinderafdeling. Omdat bij uw zoon een urine-katheter is ingebracht, heeft hij zolang geen luier aan. Verder zit er schuimrubber verband rond de penis.
Na de operatie komen de kinderarts en een van de kinderplastisch chirurgen dagelijks langs bij uw zoon op de kinderafdeling. Uw zoon moet enkele dagen (ongeveer 7 dagen) platte bedrust houden vanwege de wondgenezing. Om ervoor te zorgen dat uw zoon de katheter er niet uittrekt en omdat het schuimrubberverband niet mag verschuiven is aan zijn bed een tailleplankje bevestigd (zie afbeelding).
Na de operatie heeft uw zoon een infuus om extra vocht te krijgen. Wanneer hij voldoende drinkt, mag het infuus eruit. Het is van belang dat uw zoon goed drinkt om voldoende urine te maken. Soms is het nodig hem hierin te stimuleren. Een antilekbeker is erg handig tegen knoeien. Zou u deze zelf willen meenemen?
Uw zoon kan gebruik maken van de speelkamer, dit geeft hem de nodige afleiding. Uw zoon kan hier liggend in bed naartoe.
De zevende dag na de operatie verwijdert de plastisch chirurg of de verpleegkundige het schuimrubberverband en de katheter. Daarna mag uw zoon in bad (dit mag u zelf doen, eventueel onder begeleiding van de verpleging). Hij mag daarna een luier en een niet te strakke broek aan. Ook mag uw zoon rustig aan weer in beweging (uit bed, zitten, lopen of kruipen).
Medicijnen
Ongeveer vijf dagen lang krijgt uw zoon medicijnen tegen de pijn (zetpil). Zo lang uw zoon een katheter heeft, krijgt hij ook medicijnen tegen blaaskrampen.
Naar huis
Acht dagen na de operatie mag uw zoon, als hij goed plast, naar huis. U krijgt een controleafspraak mee voor het spreekuur van de plastisch chirurg. Meestal is deze afspraak ongeveer zeven tot tien dagen na ontslag.
Weer thuis
Na de opname en operatie kan uw zoon wat extra aandacht vragen door meer te huilen, niet alleen te kunnen zijn of slecht slapen. Het is het beste om wat geduld met hem te hebben en zonodig wat extra aandacht te geven.
Probeert u te letten op de wijze van plassen van uw zoon: met een straal of sproeiend. De plastisch chirurg zal hiernaar vragen tijdens de controleafspraak.
Wanneer u vragen of problemen hebt wat betreft de medische situatie van uw zoon kunt u overdag bellen met de polikliniek plastische chirurgie, telefoonnummer 058 286 6140 (MCL), ’s avonds en in het weekend met de dienstdoende plastisch chirurg, via het algemene telefoonnummer van het MCL: 058 286 6666.
Download PDF