Spring naar inhoud

Novasure

Inleiding

In overleg met uw gynaecoloog is afgesproken dat u een zogenaamde Novasure procedure zult ondergaan. Deze ingreep vindt plaats op het behandelhuis onder lokale verdoving of onder sedatie. Deze folder is bedoeld om u schriftelijke informatie te geven over de ingreep onder lokale verdoving en over de voorgeschreven medicijnen.

Voorbereiding

Er is op de polikliniek een echo verricht om te bepalen of uw baarmoeder voldoet aan de minimale grootte die nodig is om de procedure goed te kunnen uitvoeren. Voor deze ingreep hoeft u geen rekening te houden met uw menstruaties: ook als u ongesteld bent kan de Novasure procedure worden verricht.

De dag van de ingreep

Ter voorbereiding heeft u thuis 2 uren voor de behandeling al medicatie ingenomen ( 2 paracetamol 500 mgr. en 1 naproxen 500 mg.)

U komt ’s ochtends op de aangegeven tijd op de Dagverpleging. Daar krijgt u een waakinfuus, voor het geval er medicijnen of vocht moet worden toegediend tijdens de ingreep. Vervolgens wordt u op de geplande tijd naar het behandelhuis gebracht. Nadat u de onderkleding heeft uitgedaan neemt u plaats op de gynaecologische stoel. De gynaecoloog zal enkele steriele doeken plaatsen. 

Dan brengt de gynaecoloog een zogenaamde eendenbek (speculum) in en plaatst een tangetje op de baarmoedermond. Dit kan even prikken en u een wat misselijk gevoel geven. Met behulp van een dun staafje bepaalt de gynaecoloog hoe lang de baarmoederholte is. Dit is nodig om de Novasure goed te kunnen instellen. Vervolgens wordt met een verdovingsnaald de verdoving rondom de baarmoedermond aangebracht. Dit werkt ook tegen pijn na de ingreep. Als de verdoving is ingewerkt, wordt met behulp van dunne staafjes de baarmoedermond opgerekt. Door de verdoving merkt u hier niets of weinig van.

Het instrumentarium wordt klaargemaakt en ingebracht. Na het testen van de apparatuur wordt gestart met de behandeling, welke maximaal twee minuten duurt. U kunt tijdens de ingreep een menstruatieachtige kramp of weeënachtige pijn ervaren. De meeste vrouwen verdragen dit goed en bovendien duurt de ingreep kort. Vervolgens wordt het instrument verwijderd en gaat u met een brancard weer terug naar de Dagverpleging. U wordt daar nog twee uur geobserveerd en dan kunt u weer naar huis.

Na de ingreep

Na de ingreep kunt u pijnklachten ervaren. Er wordt standaard begonnen met pijnbestrijding middels tabletten ongeveer één uur na de ingreep. Dan is de lokale verdoving uitgewerkt. Bij ontslag krijgt u zakjes met tabletten mee. Daar kunt u nog de eerste dag gebruik van maken. Tevens krijgt u zakjes mee met paracetamol voor de nacht en eventueel de volgende dag.

Na ontslag moet u er rekening mee houden, dat u nog 3-4 weken na de ingreep kunt blijven vloeien. Het moet wel steeds minder worden. Er wordt geen routine nacontroleafspraak gepland, omdat dit in de meeste gevallen niet nodig is. Het is verstandig om de eerste week na de ingreep geen tampons te gebruiken en niet te zwemmen of in bad te gaan. Douchen is uiteraard geen probleem.

Vragen?

Bij vragen kunt u contact opnemen met de polikliniek gynaecologie, telefoon (0512) 588 824.

Download PDF