Spring naar inhoud

Trommelvliesbuisjes plaatsen gelijk met verwijderen neusamandel

Binnenkort wordt uw kind opgenomen voor het plaatsen van trommelvliesbuisjes en het verwijderen van de neusamandel. Om een en ander voor uw kind zo goed en plezierig mogelijk te laten verlopen, kunt u in deze folder lezen wat uw kind te wachten staat.

Wanneer worden trommelvliesbuisjes geplaatst?

Van het middenoor loopt een verbinding naar de neus/keelholte. Deze verbinding wordt de buis van Eustachius genoemd. Tijdens het slikken gaat deze verbinding steeds even open. Lucht kan dan vrij heen en weer gaan. Aan beide kanten van het trommelvlies ontstaat zo dezelfde luchtdruk. Vooral bij jonge kinderen werkt dit alles nog niet zo goed. De buis van Eustachius blijft dan vaak dicht zitten. Als gevolg hiervan wordt de lucht achter het trommelvlies opgenomen in het slijmvlies waarmee het middenoor bekleed is. Er ontstaat een onderdruk achter het trommelvlies, waardoor dit vlies naar binnen wordt getrokken. We hebben nu te maken met een ingetrokken trommelvlies.
Het trommelvlies en de gehoorbeentjes kunnen daardoor minder goed bewegen. Het gehoor wordt slechter.

Blijft deze situatie langer bestaan, dan wordt er vocht achter het trommelvlies gevormd. Eerst is dit nog waterig, later wordt het erg taai. We spreken nu van (s)lijmoren (glue ears).
Het gehoor wordt dikwijls nog slechter. Ook kunnen er nu gemakkelijk middenoorontstekingen ontstaan. Soms geven de kinderen wat vage, stekende pijn in de oren aan. Hierdoor en door het gehoorverlies kan zelfs het gedrag van het kind veranderen. Het wordt humeurig of trekt zich juist wat terug.
Met het plaatsen van een trommelvliesbuisje wordt een eind aan deze vervelende situatie gemaakt.

Het plaatsen van de buisjes

Onder een lichte narcose wordt een sneetje in het trommelvlies gemaakt. Indien er slijm wordt aangetroffen, wordt dit weggezogen. Hierna wordt het buisje in het sneetje geplaatst. De brede randen van het buisje houden het op zijn plaats. Het gaatje voorkomt dat er opnieuw een onderdruk in het middenoor ontstaat. Het kind gaat weer goedhorend naar huis.


Na gemiddeld 8 maanden wordt het buisje vanzelf weer uitgestoten. Soms eerder, soms later. In veel gevallen zal het nodig zijn vaker dan één keer een buisje te plaatsen.
In een aantal gevallen ontstaat er een loopoor na het plaatsen van de buisjes. Dit is onschuldig en stopt meestal na het gebruik van oordruppels.

Waarom wordt nu ook de neusamandel verwijderd?

Omdat uw kind ook vaak neusverkouden is, is het verstandig om tijdens de zelfde narcose aansluitend aan het plaatsen van de buisjes de neusamandel te verwijderen. Er wordt bovendien aangenomen dat de buisjes dan ook wat langer blijven zitten, waardoor het minder vaak nodig is later opnieuw buisjes te plaatsen.

Het is belangrijk dat u uw kind vertelt, dat het ook aan zijn/haar keel geholpen wordt. De neusamandel wordt namelijk via de keel verwijderd.

Voorbereiding

  • U meldt zich met uw kind op de afgesproken dag en het afgesproken uur op de afdeling B1 dagverpleging (route 52)
  • Of uw kind nuchter moet zijn of een licht ontbijt mag gebruiken, hangt af van het tijdstip van de ingreep. Zie voor meer informatie de folder 'Patiënteninformatie anesthesie'
  • Uw kind wordt op de afdeling B1 dagverpleging  opgenomen. Een verpleegkundige zal u en uw kind nog van alles vertellen over wat er gaat gebeuren
  • Ruim voor de ingreep krijgt uw kind op de afdeling een paracetamol zetpil. Uw kind krijgt een operatiejasje aan van het ziekenhuis. Uw kind mag wel een eigen schone pyjamabroek en eigen sokken aan. Deze pyjamabroek en sokken graag schoon meenemen van huis en aandoen op de afdeling B1 dagverpleging
  • Ouders mogen bij hun kind blijven en u kunt, als u of uw kind dit graag wil, aanwezig zijn bij het in slaap maken van uw kind. U kunt niet aanwezig zijn bij de ingreep zelf

Na de ingreep

  • Wanneer uw kind geholpen is, kunt u zo snel mogelijk weer bij uw kind zijn
  • Na de behandeling blijft de keel nog enige tijd pijnlijk, vooral bij het slikken. Er kan dan ook nog wat bloed uit de neus of mond komen
  • Als alles goed is verlopen kan uw kind weer mee naar huis, tenzij de behandelend KNO-arts anders beslist

Na de ingreep krijgt u van de verpleegkundige een afspraakkaartje voor controle mee

Weer thuis

Eten en drinken


Bij thuiskomst dient u uw kind regelmatig wat koud drinken te geven. IJs mag ook, géén rode ijsjes of limonade. U kunt dan bij het braken niet goed zien of het ijs, limonade of bloed is.
Eten na de ingreep: kijk wat er in gaat, wat uw kind wil. Soms is het prettig om met een koud vloeibaar dieet te beginnen.

Nabloeding


Als uw kind gaat braken, is het belangrijk goed op de kleur te letten. Is het bruin, dan is het oud bloed dat tijdens de ingreep is ingeslikt. Dit is niet erg.
Braakt uw kind helder rood, dan kan dat duiden op een nabloeding. Waarschuw in dat geval de KNO polikliniek of na kantoortijden de Spoedeisende Hulp. Uw kind mag zijn/haar neus niet hard snuiten, wel deppen en afvegen.

Koorts

Bij koorts boven de 38,5° C binnen 24 uur na de ingreep adviseren wij contact op te nemen met de polikliniek KNO. Het telefoonnummer is (0512) 588 804. Bij koorts na 24 uur na de ingreep kunt u contact opnemen met uw huisarts.

Zwemmen


De eerste week na de ingreep mag er geen water in de oren komen, en mag uw kind niet zwemmen. Gebruik bij de eerste keer dat uw kind weer gaat zwemmen geen oordoppen. Indien er pijnklachten zijn direct na of tijdens het zwemmen, dan kan uw kind wel oordoppen gebruiken. Deze zijn te koop bij een sportzaak of drogist. Eventueel kunt u uw kind ook oordoppen laten aanmeten bij de audicien (hoorwinkel). Deze oordoppen worden niet vergoed door de zorgverzekering. Indien regelmatig een loopoor (oorontsteking) ontstaat na het zwemmen, is het ook verstandig om oordoppen te gebruiken.


In principe mag een kind met buisjes dus zwemmen zonder oordoppen. Als uw kind gaat duiken kan het beter wel oordoppen in hebben. Door het drukverschil kan uw kind duizelig worden.

Loopoor


Wanneer uw kind een loopoor heeft en dit een week na de ingreep nog niet over is, kunt u contact opnemen met de polikliniek KNO. Het telefoonnummer is 0512 588 804

Pijnbestrijding


Mocht uw kind aangeven dat het pijn heeft, dan kunt u hiervoor gerust een paracetamol geven. Als zetpil, tablet of drankje. Niet meer dan volgens onderstaand schema.

Gewicht kindmaximum dosering
van 3-6 kg60 mg 4 x daags
van 6-12 kg120 mg 4 x daags

van 12-18 kg

240 mg 4 x daags
van 18-25 kg360 mg 4 x daags

van 25-50 kg

500 mg 4 x daags
vanaf 50 kg1000 mg 4 x daags

Overig

  • De eerste dagen kan uw kind veel speeksel produceren als reactie op de ingreep. Bovendien kan het uit de mond wat onaangenaam ruiken. Tandenpoetsen mag.
  • De ontlasting kan zwart zijn als gevolg van het doorgeslikte bloed
  • Als uw kind zich goed voelt, mag het weer naar buiten en eventueel naar school
  • Zwemmen mag weer na ongeveer een week
     

De opname kan niet doorgaan:

  • Als uw kind ziek is of koorts heeft, d.w.z. een lichaamstemperatuur boven de 38,5 °C
  • Uw kind binnen 3 weken voor de opname in contact is geweest met een kind dat een infectieziekte heeft, zoals mazelen of waterpokken en uw kind deze ziekte nog niet heeft gehad

We verzoeken u in deze gevallen zo spoedig mogelijk af te bellen:
Telefoonnummer polikliniek KNO: 0512 588 804

Informatie op de website

Deze informatie is ook te lezen op de website van ziekenhuis Nij Smellinghe, www.nijsmellinghe.nl
Ga naar het kopje 'Zorg', klik op 'Brochures' en kijk dan bij de letter T. Hier vindt u de folder 'Trommelvliesbuisjes plaatsen gelijk met het verwijderen van neusamandelen?'

Download PDF