Het onderzoek
Hoe uw onderzoek in zijn werk gaat.
Pleurapunctie diagnostisch
Bij een pleurapunctie haalt de arts vocht weg tussen het borstvlies en het longvlies voor nader onderzoek. Soms wordt vooraf een echo gemaakt om het vocht goed in beeld te brengen en de plaats van de punctie te kunnen bepalen.
Uw voorbereiding
Bereid u voor en houd u aan de onderstaande instructies.
Bent u zwanger?

Vertel uw arts ruim voor het onderzoek of u zwanger bent of denkt te zijn.
Autorijden

Een pleurapunctie heeft geen invloed op de rijvaardigheid.
Allergieën
Bereid u voor door de onderstaande stappen goed door te lezen.

Bent u allergisch voor medicijnen?
Vertel uw arts of u allergisch bent voor bepaalde medicijnen.
Eten en drinken
Bereid u voor door de onderstaande stappen goed door te lezen.
Eten en drinken

U mag voor het onderzoek gewoon eten en drinken.
Medicijnen
Bereid u voor door de onderstaande stappen goed door te lezen.
Gebruikt u bloedverdunners?

Bespreek dit met uw arts!
Bepaalde bloedverdunnende middelen moeten tijdelijk gestopt worden voor dit onderzoek, bijvoorbeeld:
middelen zoals acenocoumarol (Sintrommitis®), fenprocoumon (Marcoumar®), clopidogrel (Plavix®) of dipyridamol (Persantin®).
In de meeste gevallen mag u Aspirine en Ascal wel gewoon doorgebruiken.
Wat neemt u mee?
Bereid u voor door de onderstaande stappen goed door te lezen.
Neem voor uw ziekenhuisbezoek het volgende mee:

Uw aanvraagformulier (als u dat heeft gekregen)
De pas van uw ziektekostenverzekering
Een geldig legitimatiebewijs (identiteitskaart, rijbewijs, paspoort)
Een lijstje met de medicijnen die u gebruikt. Dit wordt in sommige ziekenhuizen ook wel een AMO (Actueel Medicatie Overzicht) genoemd

Heeft u nog vragen over dit onderzoek?
Stel uw vragen vóór het onderzoek aan uw arts of zorgverlener of neem vóór het onderzoek contact op met uw arts.
Nazorg na uw onderzoek
De uitslag van het onderzoek

De uitslag van het onderzoek zal door uw eigen arts met u worden besproken.
De uitslag van de pleurapunctie duurt meestal enkele dagen omdat het vocht in het laboratorium wordt onderzocht.
Een half uur rust

Het is verstandig om na het onderzoek een half uur rust te nemen. U mag wel rondlopen tenzij de arts anders met u bespreekt.
Aanvullend onderzoek

Het kan zijn dat de arts na het onderzoek nog een röntgenonderzoek van de longen wil laten maken. Dat kan nodig zijn om het effect van de punctie te beoordelen.
Mogelijke complicaties
Informatie over mogelijke complicaties na uw onderzoek of therapie
Mogelijke complicaties

Complicaties komen niet vaak voor, maar de volgende complicaties kunnen optreden:
Een draaierig gevoel
Het kan zijn dat u een draaierig gevoel ervaart tijdens het onderzoek.
Benauwdheid
Dit verdwijnt normaal gesproken binnen korte tijd. Voelt u zich na de punctie heel benauwd, waarschuwt u dan direct de verpleegkundige. Als u thuis heel benauwd raakt bel dan meteen uw huisarts of neem contact op met de longarts.
Pijnlijke punctieplaats
De punctieplaats kan nog een tijdje pijnlijk aanvoelen, alsof u een ‘blauwe plek’ heeft.
Een trekkend of drukkend gevoel op de borst
Een klaplong
Een enkele keer kan er een klaplong ontstaan na een punctie. Meestal geeft dit klachten van hoesten, pijn of kortademigheid.
Een bloeding in de borstkas
Dit is een zeldzame complicatie