Inleiding
Carotisdesobstructie
In één van uw halsslagaders is een vernauwing ontdekt. Als er sprake is van een vernauwing dan kan de bloedtoevoer naar uw hersenen afnemen of bloedpropjes losschieten van de vaatwand. Dit kan leiden tot hersenschade.
Daarom krijgt u binnenkort een operatie aan uw halsslagader waarbij de oorzaak van de vernauwing verwijderd wordt. Zo kan een beroerte of TIA mogelijk voorkomen worden. Deze operatie wordt een carotis desobstructie of een carotis endarteriëctomie (CEA) genoemd.
Wat is een TIA of CVA?
Bij een beroerte (CVA) gaat er iets mis in de bloedvaten van je hersenen. Een deel van de hersenen krijgt op dat moment geen zuurstof en voeding meer. Bij een beroerte duurt dit langer dan 24 uur. Verdwijnen het eerder, dan spreken we van een TIA.
Hoofdbehandelaar
De vaatchirurg is de hoofdbehandelaar en bespreekt met u waarom deze behandeling bij u wordt geadviseerd en wat de mogelijke risico’s zijn.
Kosten

De kosten van deze behandeling en de opname worden vergoed door uw zorgverzekeraar. Mogelijk moet u wel eerst uw verplichte eigen risico betalen.
Afspraken
Een goede voorbereiding is belangrijk. U krijgt daarom een aantal afspraken voor de operatie.
Onderzoeken

Uw arts bespreekt met u welke onderzoeken er nodig zijn:
Lichamelijk onderzoek
CT-hersenen
CT-halsvaten
Duplexonderzoek van de halsvaten
Bloedonderzoek
ECG (hartfilmpje)
Longfoto
Consult met andere medisch specialist(en) zoals de internist en cardioloog
Medicatiespreekuur

Voor de opname wordt u uitgenodigd voor het medicatiespreekuur. In sommige gevallen vindt dit telefonisch plaats.
Het doel van het medicatiespreekuur is om uw huidige (medicatie)gegevens te verzamelen en vast te leggen.
Pre-operatief spreekuur

U bezoekt voor uw opname is het pre-operatieve spreekuur. Tijdens uw bezoek voert u een gesprek met de anesthesioloog. In dit gesprek staat uw lichamelijke conditie en gezondheid centraal.
Vooraf aan het gesprek wordt u gevraagd om een gezondheidsverklaring in te vullen. De anesthesioloog beoordeelt naar aanleiding van uw gezondheidsverklaring en eventueel aanvullend lichamelijk onderzoek of u lichamelijk in staat bent om een operatie te kunnen ondergaan.
Besluit nemen
Besluitvorming en planning

In een gezamenlijk (multidisciplinair) overleg tussen de neurologen en vaatchirurgen wordt uw situatie besproken. De arts bespreekt met u de uitkomsten van dit overleg en de onderzoeken. Hij/zij informeert u over het voorgestelde behandelplan en geeft uitleg. Ook bespreekt de arts met u de mogelijk risico’s/complicaties.
Naar aanleiding van dit spreekuurbezoek wordt samen met u definitief het besluit genomen om de ingreep wel of niet uit te voeren. Dit noemen we 'samen beslissen'. Kijk voor meer informatie over samen beslissen op de website begineengoedgesprek.nl.
Het opnamegesprek

Het kan zijn dat u wordt gebeld voor een telefonisch opnamegesprek. U ontvangt hiervoor dan een afspraak. Soms wordt dit gesprek ook gevoerd tijdens de opname op de afdeling. Heeft u nog vragen, dan kunt u deze tijdens dit gesprek stellen.
Algemeen
Nuchter zijn (niet eten en drinken)

Voor deze ingreep is het noodzakelijk dat u nuchter bent. Dat betekent dat u vanaf een bepaald tijdstip niet meer mag eten en drinken. De verpleegkundige of anesthesioloog informeert u hierover.
Wat neemt u mee?
Spullen voor de overnachting, zoals nachtkleding en toiletartikelen
Uw medicijnen en de originele verpakking
Geldig ID-bewijs
Wij adviseren u om waardevolle spullen thuis te laten.

Het ziekenhuis is niet verantwoordelijk voor vermissingen of beschadiging van uw eigendommen.
De opname
Dag van de opname
U kunt zich melden bij de informatiebalie in de centrale hal. Daar wordt u doorverwezen naar de verpleegafdeling.
Een verpleegkundige ontvangt u en geeft u aanvullende informatie. Een arts-assistent of physician assistant komt langs voor een opnamegesprek en een lichamelijk onderzoek.
Dag van de behandeling
In sommige gevallen krijgt u voor de operatie voorbereidende medicijnen. De verpleegkundigen brengen u in uw bed naar de voorbereidingsruimte van de operatiekamers.
Voordat u naar de operatieafdeling gaat, gaat u naar de afdeling KNF (klinische neurofysiologie). Daar krijgt u elektrodes op uw hoofd geplakt. Dit is nodig om tijdens de operatie uw hersenen te kunnen controleren.
De operatie
Carotisdesobstructie
De operatie duurt meestal 1 tot 2 uur

Nazorg
Observatie
Tijdens een carotisdesobstructie operatie kunnen er een aantal complicaties ontstaan. Daarom wordt u in de eerste 24 uur na de operatie goed in de gaten gehouden. Het belangrijkste is dat uw bloeddruk na de operatie niet te hoog wordt. Het kan nodig zijn dat u hier extra medicijnen voor krijgt.
Verpleegafdeling
De verpleegkundige voert verschillende controles uit en uw bloeddruk wordt regelmatig gemeten. Verder informeert de verpleegkundige u over hoe lang u bedrust heeft en wanneer u zich weer wat meer mag bewegen.
Wanneer u niet misselijk bent mag u voorzichtig weer wat drinken. Wanneer dat goed gaat mag u ook weer eten. Als u een drain heeft gekregen, wordt deze weer verwijderd wanneer alles goed gaat.
Vaak kunt u snel weer naar huis, wanneer de bloeddruk onder controle is.
Hoofdpijn
Na de operatie kunt u last krijgen van hoofdpijn. Krijgt u hoofdpijn? Meld dit direct aan de verpleegkundige. Dit kan namelijk wijzen op een mogelijke complicatie.
Weer naar huis
Ontslaggesprek
Op de dag van ontslag heeft u een ontslaggesprek. Een zorgverlener vertelt wat u thuis kunt verwachten. Ook krijgt u een aantal leefregels mee voor thuis. Bovendien wordt uw medicijnlijst besproken. We adviseren om een partner of naaste mee te nemen naar dit ontslaggesprek.
Indien van toepassing krijgt u een overdracht mee voor de thuiszorg.
Thuiszorg
Houd er rekening mee dat u de eerste tijd thuis wat extra hulp nodig heeft. De transferverpleegkundige kan eventueel thuiszorg voor u regelen. Dit wordt dan tijdens de opname met u besproken.
Medicijnen

U heeft voor ontslag bloedverdunnende medicijnen voorgeschreven gekregen van uw behandelend arts. Uw arts heeft een toelichting gegeven over de voor u nieuwe medicijnen. Wanneer u merkt dat u bijverschijnselen krijgt van de medicijnen, kunt u dit aangeven bij uw behandelend arts.
Stop nooit zomaar uw medicijnen!
Controleafspraak
De assistente van de polikliniek vaatchirurgie maakt een controle afspraak op de polikliniek bij de vaatchirurg. U krijgt dan ook een controle echo van de halsslagaders. Deze afspraak vindt ongeveer zes weken na uw ontslag plaats.
Leefregels
Thuis verder herstellen
Tijdens het ontslaggesprek krijgt u leefregels en adviezen mee voor het verdere herstel. Iedereen herstelt in zijn of haar eigen tempo. Luister naar uw eigen lichaam en neem op tijd rust. Probeer uw activiteiten langzaam verder uit te breiden.
U kunt de dagelijkse activiteiten langzaam maar zeker weer oppakken. Wanneer uw wond is genezen, zijn er geen beperkingen meer. Wanneer u zorgt voor gezonde eet- en leefgewoonten, heeft u minder kans
op nieuwe problemen aan uw bloedvaten.
Lichamelijke inspanning
Uw lichaam geeft zelf aan waar uw grenzen liggen ten aanzien van activiteiten zoals lopen en fietsen. U mag deze activiteiten langzaam opbouwen. Als u bukt kunt u last krijgen van duizeligheid en/of druk op het gehoor. Wanneer u deze klachten merkt, pas dan uw activiteiten aan.
Zwaar huishoudelijk werk, tillen en sporten moet u gedurende de eerste vier weken na de operatie vermijden. U bepaalt samen met uw (bedrijfs)arts wanneer u weer kunt werken.
Lichamelijke verzorging

U mag douchen. Door de warmte van een bad kunt u duizelig worden. Zorg ervoor dat u niet alleen bent wanneer u in bad gaat. Na het douchen of een bad mag u de operatiewond droogdeppen met een schone handdoek.
Wonden

Krijgt u thuis klachten zoals koorts en of pijn, gaat de wond bloeden of komt er pus uit? Neem dan contact op met het de Polikliniek Vaatchirurgie.
Voor het hechten van de wond worden meestal oplosbare hechtingen gebruikt. Deze hoeven niet verwijderd hoeven te worden.
Adviezen
Matig uw alcoholgebruik

Drink geen of zo weinig mogelijk alcohol. Alcohol verdunt uw bloed. In samenwerking met uw bloedverdunners kan serieuze bijwerkingen geven.
Stop met roken

Uit onderzoek is gebleken dat bij mensen die blijven roken een grotere kans bestaat op het ontstaan van nieuwe vaatafsluitingen. Daarom adviseren wij u te stoppen met roken.
Beweeg voldoende
Door voldoende beweging blijft het lichaam fit en is er minder kans op vaatproblemen.
Probeer stress te vermijden
Stress kan een te hoge bloeddruk geven. Dit vergroot weer de kans op nieuwe vaatproblemen.
Risico op complicaties
Risico op complicaties

Algemene complicaties die kunnen ontstaan tijdens en na de operatie:
CVA en TIA
Zeer ernstige hoofdpijn als gevolg van een zeer hoge bloeddruk (hyperperfusiesyndroom)
Mogelijke beschadiging van de hersenzenuwen, waardoor er klachten aan de tong, mond of met de hartslagregulatie kunnen ontstaan.
Wondinfectie
Hartinfarct
Longontsteking
Trombose
Longembolie: bloedpropje in de bloedvaten van de longen
Nabloeding
Tijdens uw opname wordt geprobeerd om deze complicaties te voorkomen.
Telefoonnummer polikliniek chirurgie: 0512-588 809. U kunt ook een bericht sturen via de BeterDichtbij app.
Meer informatie
Meer weten?

Op de website van de Nederlandse Hartstichting kunt u meer informatie vinden over een vernauwing van de halsslagader. Daar vindt u ook meer informatie over een beroerte of TIA.
De Nederlandse hartstichting geeft ook meer informatie over een hoge bloeddruk.
Heeft u toch nog vragen? Stel ze dan gerust aan uw arts of verpleegkundige.