Combinatie van chemotherapie en immunotherapie
U krijgt binnenkort een behandeling met chemotherapie en immunotherapie. Deze combinatie van behandelingen zorgt ervoor dat de kankercellen op verschillende manieren worden aangepakt.
In de video hieronder krijgt u meer informatie over de behandeling.
Voorbereiding
Bloedonderzoek

Voordat de behandeling begint, onderzoeken we uw bloed. De zorgverlener bepaalt of uw bloedwaarden hoog genoeg zijn om door te gaan met de behandeling.
Als uw bloedwaarden te laag zijn, kan de behandeling worden uitgesteld of worden stopgezet. Soms krijgt u medicijnen om de bloedwaarden te verhogen.
Niet zwanger worden

Het is belangrijk om tijdens de behandeling niet zwanger te worden. De behandeling kan namelijk schadelijk zijn voor het ongeboren kind.
Meestal raadt de zorgverlener aan om tot minstens zes maanden na de behandeling een voorbehoedsmiddel te gebruiken. Na deze periode is er geen risico meer voor schade aan het ongeboren kind. Overleg altijd met uw zorgverlener als u een kinderwens heeft.
Deelnemen aan het verkeer
Wij weten niet hoe u op de behandeling reageert. Daarom raden wij u aan om direct na de behandeling niet zelf naar huis te rijden. Regel iemand die u naar huis brengt.
Problemen aan de mond
U kunt tijdens de behandeling klachten krijgen in uw mond of aan uw gebit. Zoals irritatie, pijn, beschadigingen en ontstekingen. Laat voor de behandeling uw gebit door een tandarts of mondhygiënist controleren en zo nodig behandelen.
Het is belangrijk dat uw gebit gezond is en dat u af en toe naar de tandarts gaat. Uw arts of verpleegkundige kan u advies geven over mondverzorging. En over hoe vaak u het beste naar de tandarts kunt gaan.
Medicijnen
Sommige medicijnen kunnen het effect van de behandeling versterken of verzwakken. Bespreek daarom met uw zorgverlener of u door kunt gaan of tijdelijk moet stoppen met deze medicatie.
Denk hierbij ook aan vitaminepillen, wiet-olie, alternatieve geneesmiddelen, voedingssupplementen, kruiden en natuurlijke middelen.
Allergie

Wanneer u een allergie heeft moet u dit zo vroeg mogelijk aan uw behandelend arts doorgeven.
Afspraken
Gesprekken in het ziekenhuis
Voor de behandeling heeft u een gesprek met de verpleegkundig consulent. U kunt tijdens deze gesprekken vragen stellen. Ook krijgt u adviezen over hoe u kunt omgaan met bijwerkingen.
Tussentijdse controles

Bij sommige behandelingen kijken we tijdens de behandeling naar hoe het effect ervan is. Er wordt dan een CT-scan gemaakt. Het is ook mogelijk dat we een andere controle bij u doen. De zorgverlener bespreekt met u wat voor controles u krijgt.
Chemotherapie
Chemotherapie is een behandeling van kanker met medicijnen.
Vormen van chemotherapie

Chemotherapie kunt u op verschillende manieren krijgen:
Via tabletten en capsules
Met een injectie in de huid of spier
Met een injectie rechtstreeks in het bloed (dit kan ook via een infuus)
Met een injectie in het ruggenmerg
Via een katheter in een lichaamsholte (via een blaasspoeling)
Met een crème
Duur van de chemotherapie
Hoe lang de behandeling duurt hangt af van de volgende onderwerpen:
Het doel van de behandeling
Het behandelschema
De dosering
Het soort kanker
Het soort medicatie
Het effect van de medicatie
De behandeling kan een aantal weken duren, maar ook maanden of zelfs jaren.
Immunotherapie
Immunotherapie is een behandeling bij kanker. Door de behandeling wordt je immuunsysteem actiever, en kan het de kankercellen aanvallen.
Duur immunotherapie
Hoe lang de behandeling duurt hangt af van de volgende onderwerpen:
Het doel van de behandeling
Het behandelschema
De dosering
Het soort kanker
Het soort medicatie
Het effect van de medicatie
De behandeling kan een aantal weken duren, maar ook maanden of zelfs jaren.
Na de behandeling
Na de behandeling met chemotherapie kunt u rekening houden met een aantal dingen.
Chemo verlaat het lichaam
In de dagen na de chemokuur verlaten de chemo afvalstoffen het lichaam. Dat gebeurt bijvoorbeeld via ontlasting, urine, zweet en braaksel. Hoe lang dit precies duurt, verschilt per chemo. Het kan één dag duren, maar ook één week. In de periode dat de chemo uw lichaam verlaat, kunnen u en anderen het best niet te veel in contact te komen met dit lichaamsvocht.
Handen wassen
Heeft u lichaamsvocht zoals urine, ontlasting of braaksel aangeraakt? Was uw handen dan heel goed.
Handschoenen
Gebruik wegwerphandschoenen als u de wc schoonmaakt of braaksel opruimt. Gooi daarna de handschoenen direct weg.

Douchen of in bad
Ga elke dag onder de douche of in bad.

Veilige seks
Zorg ervoor dat u veilige seks heeft.
Thuiszorg
Geef op tijd aan of u thuis ondersteuning nodig heeft. Samen met uw zorgverlener kunt u overleggen welke zorg u nodig heeft en hoe u dit kunt regelen.
Na de behandeling
Na de behandeling met immunotherapie kunt u rekening houden met een aantal dingen.
Resultaat van de behandeling
Immunotherapie is niet altijd meteen effectief. Het kan weken tot maanden duren voordat beoordeeld kan worden of de behandeling effectief is. Dit verschilt per persoon.
Stop nooit zonder overleg
De behandeling kan erg zwaar zijn. Soms wegen nadelen niet op tegen de voordelen. Twijfelt u aan de behandeling, bespreek dit in alle gevallen met uw zorgverlener.
U mag niet zonder overleg stoppen met de behandeling.
Thuiszorg
Geef op tijd aan of u thuis ondersteuning nodig heeft. Samen met uw zorgverlener kunt u overleggen welke zorg u nodig heeft en hoe u dit kunt regelen.
Complicaties bij chemotherapie
Na de chemotherapie kunt u problemen krijgen. Deze problemen noemen we complicaties. Hier vindt u informatie over wat deze complicaties zijn.
Dun of uitvallend haar
Sommige chemokuren kunnen haaruitval veroorzaken. Niet alleen hoofdhaar, maar ook wimpers, wenkbrauwen, oksel- en schaamhaar kunnen uitvallen. Vaak is er weinig aan te doen als het haar dunner wordt of uitvalt. Meestal gaat uw haar vanzelf weer groeien wanneer de behandeling achter de rug heeft.
U kunt daarom tijdens de behandeling een pruik dragen. Er zijn haarwerken leveranciers die zich speciaal richten op mensen die hun haar kwijt zijn. Uw zorgverlener kan u hierover meer informatie geven.
Afhankelijk van uw situatie kunt u soms kiezen voor een coldcap. Door het koelen van de hoofdhuid vernauwen de bloedvaten zich en kan de chemo medicatie de haarwortels minder goed bereiken.
Verminderde eetlust en misselijkheid
Tegenwoordig zijn misselijkheid en braken meestal goed te voorkomen met medicijnen. Krijgt u te maken met verminderde eetlust of misselijkheid, dan kunt u zelf uw eetpatroon aanpassen.
Indien uw smaak verandert, kan dat leiden tot verminderde eetlust. U kunt dit bespreekbaar maken met uw oncologieverpleegkundige. Eventueel kan een diëtiste of oncologieverpleegkundige nog adviezen geven t.a.v. eetlust en misselijkheid.
Neuropathieklachten
Bij neuropathieklachten werken één of meerdere zenuwen niet goed meer. Bij een aantal soorten chemotherapie kan neuropathie ontstaan in de zenuwen die naar armen en benen, handen en voeten lopen. Uw arts of oncologieverpleegkundige kunnen u vertellen of de medicijnen die u krijgt deze bijwerkingen kunnen geven.
U kunt last krijgen van:
Prikkelingen of tintelingen
Een doof of veranderd gevoel, bijvoorbeeld het gevoel dat je op watten of kussens loopt
Pijn door aanraking of temperatuurwisselingen
Brandende of stekende pijn
Evenwichtsstoornissen, vooral bij het lopen op een oneffen grond of in het donker
Spierzwakte, kramp in de spieren, dunner worden van spieren
Herkent u deze klachten? Bespreek dit met uw arts of oncologieverpleegkundige.
Diarree

Sommige mensen krijgen last van diarree door de kuur. In dat geval is het van belang dat u minimaal 1,5 tot 2 liter vocht per dag neemt om het vochtverlies aan te vullen. Dit zijn 16 kopjes of 14 bekers. Bij diaree verliest u ook zouten. U kunt dit aanvullen door bouillon, tomatensap of groentesap te drinken.
Het is prettig om vaker kleinere maaltijden te gebruiken. Vermijd hierbij 'gasvormende' voedingsmiddelen zoals kool, ui en prei.
Heeft u langer dan twee dagen waterige, dunne ontlasting? Overleg dan met de oncologieverpleegkundige.
Verstopping
Sommige mensen hebben door de kuur juist last van verstopping of obstipatie. Zorg dat u dan voldoende drinkt, zo'n 1,5 tot 2 liter per dag. Eet zoveel mogelijk vezels en probeer zoveel mogelijk te bewegen. Vertel uw arts dat u last heeft van verstopping. De arts kan u medicijnen voorschrijven of u doorverwijzen naar een diëtist.
Heeft u langer dan twee dagen geen ontlasting? Overleg dan met de oncologieverpleegkundige.
Invloed op de menstruatie

Chemotherapie kan de ongesteldheid beïnvloeden. Bijvoorbeeld:
De ongesteldheid slaat een keer over
De ongesteldheid blijft helemaal weg
U krijg last van overgangsklachten
De bloedingen worden heftiger dan normaal
Deze klachten kunnen weer verdwijnen na de behandeling. Chemotherapie kan ook tot gevolg hebben dat de ongesteldheid niet meer terugkomt en u in de overgang komt.
Overige bijwerkingen
De overige bijwerkingen zijn:
Bloedarmoede
Bloedingen
Infecties
Ongesteldheid stoornissen
Mondproblemen
Verminderde conditie
Vermoeidheid
Hand/voetsyndroom
Heeft u last van bijwerkingen? Neem dan contact op met uw zorgverlener.
Schade op de lange termijn
Chemotherapie kan op lange termijn schadelijke gevolgen hebben. Uw zorgverlener bespreekt deze gevolgen met u en helpt u hierbij.
Veel voorkomende gevolgen zijn:
Botontkalking
Concentratieverlies en geheugenproblemen
Gehoorschade
Hartschade
Ongesteldheid stoornissen
Tinteling of doof gevolg in de vingers of tenen. Dit heet neuropathie
Nierschade
Seksuele stoornissen
Verminderde vruchtbaarheid of onvruchtbaarheid
Vermoeidheid
Vervroegde overgang
Complicaties bij immunotherapie
Na de immunotherapie kunt u problemen krijgen. Deze problemen noemen we complicaties. Hier vindt u informatie over wat deze complicaties zijn.
Moeheid en minder energie
Mensen die immunotherapie krijgen, worden vaak moe. Sommigen mensen hebben geen last en kunnen doorgaan met hun bezigheden. Sommige mensen kunnen zich ook minder goed concentreren.
Minder zin in eten en misselijkheid
Door de behandeling kunt u minder zin hebben in eten. Ook kunt u misselijk zijn. Misselijkheid en overgeven zijn meestal goed te voorkomen met medicijnen. Heeft u minder zin in eten of bent u misselijk? Dan kunt u zelf uw eetpatroon aanpassen.
Een diëtiste of oncologieverpleegkundige kunnen u adviezen geven.
Buikpijn en diarree
Immunotherapie kan zorgen voor een ontsteking in de darmen. Daardoor kunt u last krijgen van buikpijn en diarree.
Het is dan belangrijk dat u 1,5 tot 2 liter vocht per dag drinkt. Dit zijn 16 kopjes of 14 bekers. Bij diarree verliest u ook zouten. U kunt dit aanvullen door bouillon, tomatensap of groentesap te drinken.
Eet ook vaker kleinere porties. Eet geen voeding die zorgen dat u scheten moet laten. Dat zijn bijvoorbeeld kool, ui en prei.
Heeft u langer dan twee dagen waterige, dunne ontlasting? Overleg dan met de oncologieverpleegkundige.
Invloed op seksualiteit, vruchtbaarheid en zwangerschap
Zowel de lichamelijke als emotionele gevolgen van uw ziekte en de behandeling kunnen invloed hebben op uw seksleven. De effecten van de behandeling op seksualiteit verschillen voor iedereen.
Medicijnen werken niet meer
Tijdens de behandeling kunnen kankercellen minder gevoelig of zelfs ongevoelig worden voor de medicijnen, waardoor de medicijnen niet meer goed werken. Dit staat bekend als resistentie. Er kan ervoor gekozen worden de behandeling stop te zetten of te combineren met andere medicijnen.
Auto-immuunreactie
Immunotherapie versterkt uw afweerreacties. Soms kan dit ervoor zorgen dat u afweerreacties tegen uw eigen lichaam krijgt. Dit wordt een auto-immuunreactie genoemd.
Het lichaam valt dan zichzelf aan. Dit betekent dat gezonde cellen afbreken, wat ontstekingen veroorzaakt in de darmen, longen of lever. U kunt last krijgen van een grieperig gevoel, darmontstekingen met diarree als gevolg, en huidontstekingen zoals uitslag.
Overige bijwerkingen
De overige bijwerkingen zijn:
Pukkels of puistjes
Een grieperig gevoel
Koorts
Ontstekingen van gewrichten en organen
Heeft u last van bijwerkingen? Neem dan contact op met uw zorgverlener.
Behandeldagboek
Vaak krijgt u bij de behandeling een dagboek. Hier kunt in noteren hoe u zich voelt en van welke bijwerkingen u last heeft. Dit dagboek kunt u gebruiken tijdens de gesprekken met uw zorgverlener.
Leefregels
Eten en drinken
Als u ziek bent is goede voeding belangrijk. Zo versterkt u uw weerstand en conditie tijdens de behandeling. Zorg ervoor dat er genoeg energie, eiwitten, vocht, vitamines en mineralen in uw voeding zit. Houd u daarnaast aan de volgende leefregels:
Gebruik in de dagen rond de behandeling geen voedingssupplementen met visolie
Vermijd kruiden zoals Sint-Janskruid en Chinese kruiden. Deze hebben een nadelig effect op de behandeling
Bespreek met uw arts welke supplementen en vitaminen u slikt. In sommige gevallen moet u daarmee stoppen.
Blijf op uw normale gewicht
Uw ziekte kan ervoor zorgen dat u minder zin in eten heeft en dat u snel gewicht verliest. Dit is niet goed voor uw behandeling, omdat deze specifiek op uw lichaam is afgestemd.
Het is van belang om tijdens de behandeling geen gewicht te verliezen of aan te komen. Als u wilt afvallen, bespreek dit dan met uw zorgverlener.
Stop met roken

Rookt u? Stop daar mee. Het roken beïnvloedt de behandeling negatief.
Alcohol

Tijdens de behandeling is het verstandig om niet te veel alcohol te drinken. Neem 24 uur voor de behandeling en 48 uur na de behandeling geen alcohol.
Emoties
Kanker maakt emoties los en daarbij kunnen allerlei vragen ontstaan.
Word ik wel beter? Wat gaat er gebeuren?
Het kan moeilijk zijn om met dit soort vragen en emoties om te gaan. In de meeste gevallen zullen deze emoties na verloop van tijd afnemen. Maar in sommige situaties kunnen ze ook ineens weer opspelen.
Vermoeidheid

Bijna alle patiënten hebben tijdens een behandeling voor kanker last van vermoeidheid. Dat is normaal. De behandelingen en het reizen naar het ziekenhuis is meestal erg intensief.
Ook spanningen, onzekerheden en lichamelijke problemen kunnen zorgen voor vermoeidheid. Bespreek uw vermoeidheidsklachten daarom met uw arts, want vaak zijn er mogelijkheden om deze klachten te verminderen.
In gesprek
Praten over uw gevoelens kan enorm helpen. Sommige mensen vinden praten met dierbaren over hun ziekte moeilijk. Contact zoeken met een hulpverlener of een lotgenoot kan dan een uitkomst bieden. Bij 'Meer informatie' kunt u betrouwbare forums vinden.
Schrijven
Voor sommige mensen helpt het om gedachten op papier te zetten. Hierdoor kunt u meer grip krijgen op uw gevoelens en emoties.
Zoek afleiding
Zoek regelmatig afleiding. Probeer dingen te doen die u leuk vindt en verzet hiermee uw gedachten.
Meer informatie
Sommige mensen ervaren het als fijn om actief met kanker om te gaan door zich te verdiepen in mogelijke behandelingen of meer te lezen over kanker. Patiëntenverenigingen kunnen u hierbij helpen.
Contact met lotgenoten

Het kan prettig voor u zijn om uw ervaringen en gevoelens te delen met iemand in een vergelijkbare situatie. Lotgenoten kunnen elkaar vaak makkelijker begrijpen.
Lotgenoten kunt u ontmoeten via een patiëntenorganisatie of via een inloophuis. Ook via kanker.nl kunt u lotgenoten ontmoeten. Klik hier om naar de website van kanker.nl te gaan.
Patiëntenbeweging NFK

De NFK is een groep die samenwerkt met 20 kankerpatiëntenorganisaties. De NFK vertegenwoordigt alle kankerpatiënten in Nederland en komt op voor hun belangen.
De organisatie streeft naar betere zorg en meer kwaliteit van leven. Klik hier om de website van NFK te bekijken.

Meer informatie
Wilt u meer weten over de behandeling of over kanker? Dan kunt u kijken op de website kanker.nl. Klik hier om naar de website te gaan.